top of page

Het verhaal

 

Hoe koffie de sportuitval van kinderen kan laten afnemen.

 

Nederlandse sportbonden hebben te maken met een flinke terugval, soms wel 40%, van ledenaantallen in de leeftijd van twaalf tot achttien jaar. Deze sportuitval heeft tal van redenen waarbij een belangrijke reden een niet competente trainer/coach blijkt te zijn. Een coach die eentonige, saaie trainingen verzorgt en weinig of negatieve feedback geeft.

 

Dit vraagt om een kritische blik richting de kwaliteit van onze coaches. De kwaliteiten van een coach hangen af van de kennis, vaardigheden en attitude van de coach, ook wel competenties genoemd. Jean Côté, een vooraanstaande Canadese sportprofessor, verteld in recent onderzoek dat deze competenties eigenlijk door twee zaken verder ontwikkeld kunnen worden;

 

1. Coaches ontwikkelen zich door uren te maken, tijdens de training of wedstrijd, met hun atleten. Net zoals onze atleten beter worden door herhaling, worden coaches dat volgens Côté ook. Coachen is werken met mensen en daarmee een ervaring vak. Hier liggen natuurlijk allerlei voorwaarden aan ten grondslag. Caroll Dweck, professor aan de Stanford universiteit, stelt dat een coach met een ‘groeimindset’ bijvoorbeeld veel meer uit de gemaakte uren zal halen dan een coach met een ‘fixed mindset’. De uren-maken conclusie is wellicht een beetje een dooddoener, maar hierdoor niet minder waar. De beste coaches ter wereld zijn vaak ook gewoon de coaches die er heel veel uren in stoppen. Dit brengt bij ons in Nederland natuurlijk een interessante discussie weer tot leven; is sportcoach zijn nu echt een vak? In veel andere landen zeggen ze van wel, maar in Nederland is deze vraag nog altijd voer voor discussie.

 

2. Coaches ontwikkelen zich door met vakgenoten te sparren over hun vak. Deze conclusie trekt Jean Côté na een samenvatting van zo’n 30 onderzoeken over de ontwikkeling van coaches. De interactie van coaches onderling blijkt essentieel voor hun ontwikkeling. Juist door met elkaar over hun vak te praten maken de coaches stappen. Deze stappen zijn voornamelijk zichtbaar op het gebied van kennis, ze toetsen hun eigen kennis bij hun vakgenoten en doen nieuwe kennis op. Maar ook op het gebied van vaardigheden en houding leren coaches veel van elkaar.

 

Voornamelijk de tweede conclusie is interessant om over verder te praten. Want voor de interactie van coaches onderling is namelijk eerst verbinding nodig. Coaches moeten elkaar (her)kennen als vakgenoot en met elkaar in gesprek komen. Dit is in de praktijk nog niet zo eenvoudig. Laten we eens naar het volgende (herkenbare) voorbeeld kijken:

 

Tim, 43 jaar, is jeugdcoach van meisjes B4 bij de plaatselijke hockeyclub. Hij is coach geworden omdat zijn dochter in de B4 speelt en omdat hij zelf vroeger gehockeyd heeft. Tim heeft een drukke baan, een gezin thuis, een sociaal leven en heeft nog een paar uur per week over om zich bezig te houden met de training en wedstrijd. Hoewel Tim geregeld worstelt met uitdagingen die een jeugdteam met zich meebrengen en hij zich terdege beseft dat hij zichzelf nog veel zou kunnen ontwikkelen heeft hij geen tijd voor coachcursussen, masterclasses of lezingen. Tim heeft hierdoor ook weinig verbinding maken met andere coaches  op de vereniging en mist hierdoor dus een belangrijke schakel om zichzelf als coach te ontwikkelen.

 

De uitdaging zit hem er dus in dat we zoeken naar een manier waarop Tim verbinding kan maken met de andere coaches op de vereniging zonder dat hij daarbij veel extra uren hoeft te maken.

 

Hiervoor biedt CoachCorner een oplossing. Deze oplossing zit volgens CoachCorner heel eenvoudig in een kop koffie. Voor een goede kop koffie neem je de tijd, minstens 5 minuten - vaak iets langer, en ga je even rustig zitten. Deze kop koffie kun je natuurlijk alleen drinken, maar ook samen met je vakgenoten… Juist tijdens deze wekelijkse kop koffie zou Tim verbinding kunnen maken en de interactie opstarten met vakgenoten. En tijdens deze interactie vind een belangrijk onderdeel van Tim zijn ontwikkeling als coach dus plaats!

​

CoachCorner is een innovatie die bestaat uit twee elementen. Het eerste element is het inrichten van een stijlvolle hoek in het clubhuis van een sportverening. Deze hoek springt eruit als je binnenkomt en nodigt coaches uit er te gaan zitten voor of na hun training. Er staan comfortabele stoelen, een mooie tafel en er brandt sfeervol licht. Aan de muur hangt een coachbord en op tafel ligt vakliteratuur.

Een belangrijk onderdeel van de hoek is het televisiescherm wat er hangt. Via deze schermen worden wekelijkse thema’s gedeeld die relevant zijn voor de vereniging bovendien blijkt uit recent onderzoek dat televisiebeelden een bijdrage leveren aan de hoeveelheid gesprekken die coaches met elkaar voeren.

 

Het tweede element zit hem in de samenwerking die CoachCorner aangaat met partners. Natuurlijk ligt in de CoachCorner altijd de laatste editie van het NLCoach vakblad. Daarnaast wordt er informatie verspreid over de laatste trends voor de betreffende sport en zal CoachCorner altijd een samenwerking zoeken met de sportbond. Cursussen worden vanuit de CoachCorner geïnitieerd. En daarmee wordt de CoachCorner ook de plek waar coaches naartoe gaan wanneer ze meer informatie zoeken of meer willen weten over hun ontwikkeling.

 

Uiteindelijk moet CoachCorner een duurzame oplossing voor alle trainers en coaches op de sportvereniging worden. De ontwikkeling van de coaches komt niet langer aan op de jaarlijkse avond met een gastspreker of de cursus waarvoor veel coaches helemaal geen tijd hebben. De ontwikkeling wordt een duurzaam proces dat plaats vindt in het clubhuis van de vereniging. Daarnaast biedt de verbinding tussen coaches de sportvereniging nog iets waardevols; coaches blijven veel langer behouden. Want coaches die elkaar leren kennen en met elkaar praten over het vak, raken bevlogen en willen veel langer doorgaan.

 

Voor informatie over CoachCorner, het achterliggende probleem en het werkend mechanisme van de innovatie kan informatie worden opgenomen met Martijn Akkermans 

Concept
bottom of page